like_disabled
Den Haag,
07
september
2018
|
12:27
Europe/Amsterdam

Sidony Venema (HNP): "Zonder EFRO wordt het moeilijk voor provincies"

Samenvatting

Krijgen provincies vanuit Europa straks nog geld voor innovatie en regionaal economisch beleid? Dat zal op 12 oktober tijdens het IPO Jaarcongres de hamvraag zijn tijdens de workshop over het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Voorafgaand aan het congres vertelt Sidony Venema, medewerker bij het Huis van de Nederlandse Provincies in Brussel, waarom EFRO zo belangrijk is voor de provincies. “Juist in Nederland heeft EFRO heel veel effect gehad”

Het Europese regionaal beleid heeft zijn oorsprong in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Groot-Brittannië zou, bij haar toetreding in 1973, grotendeels naast de Europese landbouwsubsidies grijpen. In Scandinavië stagneerde de economische ontwikkeling in de vele dunbevolkte ontwikkeling. De oplossing werd gezocht in de oprichting van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) in 1975. “Doel was om de zwakkere regio’s in Europa te ondersteunen”, vertelt Venema. “In Nederland gebruiken we het om te innoveren en om regionaal economisch beleid te voeren. Dat beleid wordt voor een groot deel vanuit Europa gefinancierd.

Roet in het eten
Voor dit beleid is 226 miljard gereserveerd in de EU-begroting voor 2021-2027. Als het aan de Europese Commissie ligt, blijft voor Nederland het bedrag ongewijzigd ten op zicht van de huidige periode: 1,4 miljard. Hierover moet nu besluitvorming plaatsvinden binnen het Europees Parlement en de Raad van Europa. Binnen die Raad lijkt Nederland roet in het eten te gaan gooien voor de provincies. Venema: “Den Haag zet in op een kleinere Europese begroting door op de regionale fondsen te bezuinigen en het geld alleen nog voor de armste landen in te zetten, om verschillen tussen regio’s weg te werken. De provincies zullen het geld voor innovatie en regionaal economisch beleid dan zelf tevoorschijn moeten toveren of bij het Rijk moeten aankloppen."

Veel te verliezen
Er staat de komende tijd dus het nodige op het spel voor de Nederlandse provincies, die veel te verliezen hebben. Venema: “Juist in Nederland heeft EFRO heel veel effect gehad. Het fonds heeft hier vierduizend ondernemers geholpen aan de slag te gaan. Iedere EFRO-euro heeft 3,34 euro aan investeringen gegenereerd. Als we dat fonds niet meer zouden hebben, gaat het moeilijk worden om een aantal uitgaves uit te voeren op het gebied van klimaat, energie, verduurzaming en innovatie.”

Op het laatste moment
De uitkomsten van de Europese begrotingsonderhandelingen zullen nog wel even op zich laten wachten, denkt Venema. “Ook bij de vorige onderhandelingen voor de huidige begroting werd pas op het laatste moment overeenstemming bereikt. En ook daarin schuilt een gevaar: als die discussie heel erg uitloopt, bijvoorbeeld tot in 2020, riskeren provincies niet tijdig in 2021 te kunnen starten met de uitvoering van de nieuwe operationele programma‘s. Dat is de reden waarom we nu met het Rijk in overleg zijn en er ook in Brussel bovenop zitten.”

Workshop
Venema vindt het een goede zaak dat de ontwikkelingen rondom EFRO tijdens het IPO Jaarcongres aan bod komt, in de vorm van een workshop die zij begeleidt. “Niet alle statenleden zijn bekend met het cohesiebeleid. Ik hoop dat mensen heel enthousiast worden over EFRO. Het voorstel van de Europese Commissie zit helemaal in onze richting, voor Nederland zet het in op innovatie en duurzaamheid.”