like_disabled
Middelburg,
16
april
2020
|
12:15
Europe/Amsterdam

Provincie wil Zeeuwse economie zo snel mogelijk uit de crisis helpen

De Zeeuwse samenleving werkt onverminderd door om de uitbraak van COVID-19 te bestrijden. Hoewel de financiële gevolgen nog niet te duiden zijn, staat wel vast dat het coronavirus een enorme impact op tal van sectoren heeft. Het provinciaal bestuur trekt daarom twee miljoen euro uit voor steun aan het Zeeuwse bedrijfsleven.

Dat blijkt uit de Voorjaarsnota van de Provincie Zeeland. Doordat activiteiten en werkzaamheden vanwege de coronacrisis niet, of later tot uitvoering komen, zal dat naar verwachting leiden tot minder uitgaven of overheveling van budgetten naar de begroting van volgend jaar. De precieze gevolgen van het coronavirus op de provinciale financiën zijn echter op dit moment nog niet te duiden. 

Herstel Zeeuwse economie

Het college van Gedeputeerde Staten wil zich, wanneer de ergste crisis voorbij is, richten op herstel van de Zeeuwse economie. Het college trekt in de Voorjaarsnota daarom twee miljoen euro uit voor steun aan het Zeeuwse bedrijfsleven, in aanvulling op Rijksmaatregelen.

Hoewel vertraging in de uitvoering van de voornemens in de provinciale begroting onvermijdelijk is, is het juist in tijden van crisis aan overheden om met duurzame investeringen de economie weer zoveel mogelijk op gang te brengen. Het provinciaal bestuur wil klaar staan om alle processen weer op volle stoom te brengen zodra de omstandigheden dat toestaan.

Investeringen

In de voorjaarsnota 2020 maken Gedeputeerde Staten ruim € 18 miljoen vrij voor investeringen in Zeeland. Dat geld gaat naar onder meer naar een aantal wegenprojecten, voor met name verkeersveiligheidsknelpunten, en verder naar cofinanciering op Europese subsidies, zoals POP3, voor projecten in Zeeland. € 1 miljoen wordt beschikbaar gesteld om de samenwerking met de Universiteit van Gent verder te versterken in Campus Zeeland. Ook worden middelen beschikbaar gesteld om uitvoering te geven aan de afspraken in de regionale energiestrategie (RES), en om het vraagstuk rondom stikstof verder op te pakken. Vanuit de vrije ruimte in de meerjarenbegroting is bijna € 6 miljoen beschikbaar gesteld voor investeringen die een structurele jaarlijkse bijdrage vragen, zoals restauratie van historisch erfgoed en maatregelen rondom biodiversiteit en groenbeheer.

‘Overprogrammering’

Wat precies wel of niet lukt, en of er bijstellingen van beleid nodig zijn, is nu nog niet met zekerheid te zeggen. Gedeputeerde Staten willen zorgen dat alles wat uitgevoerd kan worden, ook daadwekelijk uitgevoerd wordt. Daarom gaat de Provincie uit van ‘overprogrammering’: de uitgaven zijn begroot op bijna twee miljoen euro meer dan waarvoor ruimte is. Het college gaat er namelijk vanuit dat dat verschil ingelopen wordt, doordat op tal van terreinen minder geld uitgegeven zal kunnen worden dan begroot. En zo niet, dan biedt de algemene reserve genoeg ruimte om de overbesteding af te dekken. Daarmee zijn de mogelijkheden voor investeringen maximaal.

Noodmaatregelen

Het is niet uit te sluiten dat er meer steun voor Zeeuwse bedrijven en instellingen nodig zal zijn. Daar komen Gedeputeerde Staten na de zomer op terug. Wanneer blijkt dat aanvullende financiële noodmaatregelen nodig zijn, die niet kunnen wachten, zullen GS zo nodig voorstellen om een beroep doen op de algemene reserve. Voor nu is de allereerste prioriteit om Zeeland en de Zeeuwen zo snel mogelijk uit deze crisis te helpen.

Jaarstukken 2019

De Voorjaarsnota verschijnt tegelijk met het jaarverslag en de jaarrekening over 2019. Uit de jaarrekening blijkt dat het afgelopen jaar is geïnvesteerd in onder andere Campus Zeeland, Innovatiefinanciering en wegeninvesteringen. Mede in combinatie met middelen uit de Regiodeal heeft dat geleid tot duurzame investeringen in Zeeland. De jaarrekening laat een positief saldo zien van bijna € 9,7 miljoen. Daarvan willen Gedeputeerde Staten zo’n € 5,1 miljoen toevoegen aan de algemene reserve en € 4,6 miljoen aan zogenaamde bestemmingsreserves, waarmee het geld uit 2019 beschikbaar blijft voor verplichtingen die doorlopen in 2020. De jaarstukken zijn voor de eerste maal digitaal gepubliceerd op het Planning & Control portaal van de Provincie Zeeland.

Reparatie ‘weeffout’ provinciefonds

In de jaren 2018 - 2020 krijgt de provincie steun van de andere provincies, vanwege een ‘weeffout’ in de verdeling van het provinciefonds. Zeeland liep daar veel geld mis, doordat nog steeds Delta-dividend als inkomst werd meegerekend. Voorwaarde voor die steun was dat Zeeland zelf de motorrijtuigenbelasting (MRB) zou verhogen in de periode 2019 - 2021. Inmiddels is een oplossing gevonden voor de periode na 2020. De andere provincies blijven steun geven door jaarlijks € 6,7 miljoen bij te dragen, maar Zeeland hoeft na 2021 geen verhoging van de opcenten MRB meer toe te passen. Dat sluit ook aan bij het coalitieakkoord, waarin is aangegeven dat vanaf 2022 de opcenten MRB weer terugkomen op het niveau van 2018. De structurele bijdrage van de andere Provincies is meegerekend in de voorjaarsnota.

Ook na het inrekenen van de besluiten uit de Voorjaarsnota blijft de financiële situatie van de Provincie niet overvloedig, maar wel solide. De algemene reserve is ruim voldoende om risico’s te kunnen opvangen en door toevoegen van middelen aan de investeringsagenda kunnen ook in de toekomst investeringen in Zeeland worden gedaan. Toch blijft de Provincie kwetsbaar voor mogelijke grote nieuwe vraagstukken die substantiële inzet van middelen vragen. Samenwerking met andere overheden en partijen blijft daarom noodzakelijk om samen verschil te blijven maken.